schakelen De Man met de Hoed : pag. 16
           
  

 
 

 

 



Slideshow Luik

 
Bertha Bury, zusje van Michel en Frits, omstreeks 1908
 


'..Nu een woord over onze beste Grampa..' (brief Mathieu Bury aan zoon Michel, 1902)


...gebruik zmorgens twee rouwe eieren op je nuchterre maag dat zul je veel goeddoen...'
(Vaderlijke wenken van Mathieu T. Bury in een brief uit 1902 aan zoon Michel)

 

de wierook om hun gebogen hoofden walmt. Achter het beeld schrijden de pastoor en de kapelaan in feesthabijt, geflankeerd door koorknapen die emmers dragen en de plumeaus waarmee de zegen wordt uitgesproeid over de hoofden van de toekijkers. Zingend baant de stoet zich een weg door de Groote Staat.
         
          Engelen zin-gen bij zijn graf-stee
          En bewa-ren zijn gebeent
          Zin-gen dan ook wij zijn gloooorie!
          Tot wij met hem zijn ver-eend

         
          Frits prevelt het mee, hij kent de woorden maar half. Gewichtige heertjes stappen als haantjes in het ochtendgloren op de maat van het gezang, de burgemeester en het stadsbestuur in slipjassen meteen achter de geestelijkheid. Een man die zijn benen extra hoog optilt, gooit een witte stok omhoog en vangt die telkens behendig op, achter hem schetteren de fluiten en trompetten van de blazers in de zon terwijl de rode vaandels tegen de pluimen van hun hoeden slaan. Van waar Frits staat, lijken ze lelijk uit de maat te stappen en hoe verder naar achter hoe erger het wordt; de man met de trom voor zijn buik loopt wel een halve maat uit fase, en toch is elke dreunende klap die hij met een zwierig gebaartje op de trom geeft, wonder boven wonder in de maat. In vierkante blokken marcheren de voetbalvereniging, de zangvereniging, de duivenmelkersvereniging en de filatelistenvereniging erachteraan, en tot besluit een rommelig groepje volwassenen, huppelende kinderen en kromgetrokken vrouwtjes met rozenkransen.
          Met een schoenendoos onder elke arm komt Michel weer de hoek om. Hij kan ze gelukkig nog net op tijd boven zijn hoofd houden om de benedictine op te vangen – als dat geen geluk in zaken brengt, doet niets het. De pastoor doopt de plumeau in de emmer, druppels dalen neer als milde regen. Geknield snijdt Michel drie poortjes in de smalle kant van elke doos.
          ‘Waar is dat voor, Michel?’ schreeuwt Frits over de blazers heen.
          Hij geeft geen antwoord maar trekt het potlood achter Frits’
         
         


Naar de update-pagina

 



Ook in Maastricht kwam in deze tijd het corset onder vuur te liggen

 

Heiligdomsvaart 1926


 


Passerende Harmonie

 
       
 
inhoud  inhoud

vorige pagina

pagina

volgende pagina
 
 

schakelen De Man met de Hoed: pag. 16